UTRECHT, 28 november 2017 – De bezuiniging op onderwijs die het kabinet wil doorvoeren, moet van de baan. Hiertoe roepen het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO), de Landelijke Studentenvakbond (LSVb), het CDJA, DWARS, PerspectieF, de JOVD en de Jonge Democraten de partijen in de Tweede Kamer op. Deze geplande bezuiniging gaat ten koste van het geld dat studenten ingeleverd hebben toen de basisbeurs werd afgeschaft. De belofte was dat dit geld geïnvesteerd zou worden in onderwijskwaliteit. ISO-voorzitter Rhea van der Dong: “Toen studenten in 2015 hun basisbeurs inleverden, werd hen beloofd dat dit geld geïnvesteerd zou worden in de kwaliteit van hun onderwijs. Met deze bezuiniging op onderwijs verbreekt dit kabinet die belofte.”
Op 20 januari 2015 stemde de Eerste Kamer in met de wet die de basisbeurs voor studenten afschafte en daarmee was het leenstelsel een feit. De partijen die het leenstelsel invoerden, de VVD, PvdA, D66 & GroenLinks, deden daarbij de belofte aan studenten dat het geld dat op deze manier vrijkwam, extra geïnvesteerd zou worden in de kwaliteit van hun onderwijs. Nu ruim 2,5 jaar later komt dat extra geld in gevaar door de geplande bezuiniging op onderwijs van Rutte III.
Dit was niet de afspraak
Het nieuwe kabinet gaat flink bezuinigen op onderwijs. In het hoger onderwijs betekent dit een bezuiniging die oploopt naar 43,6 miljoen euro in 2022. Het kabinet stelt dat het primaire proces hierbij ontzien zal worden, maar de jongerenorganisaties vinden dit bij een bezuiniging van deze omvang niet realistisch. Deze bezuiniging zal ten koste gaan van het geld dat studenten opgebracht hebben toen zij de basisbeurs inleverden. Het effect van deze investeringen wordt door deze bezuinigingen een stuk minder.
Investeer in de toekomst
De jongerenorganisaties roepen de politieke partijen in de Tweede Kamer op om de geplande bezuiniging te schrappen. Van der Dong: “Wij roepen de politiek op om de bezuiniging op onderwijs te schrappen en in plaats daarvan te investeren in de toekomst.”