De invoer van de bachelor/master structuur was erop gericht om de transparantie in het hoger onderwijs te verhogen en om de mobiliteit van studenten te vergroten. Het ISO en ESN heeft in dit onderzoek geïnventariseerd hoe het er hiermee voorstaat.
[raw][cudazi_tab_group][cudazi_tab title=’Samenvatting’]Mobiliteitsprogramma’s naar het buitenland heeft een grote meerwaarde voor studenten. Helaas constateren het ISO en ESN dat er nog verschillende belemmeringen zijn voor studenten om naar het buitenland te gaan. Uitwisselingsstudenten lopen over het algemeen tegen vier verschillende soorten problemen aan. Deze vier problemen zijn van financiële, bureaucratische, informatieve en sociale aard.
[/cudazi_tab]
[cudazi_tab title=’Conclusie’]
De knelpunten om in het buitenland te studeren liggen nu met name bij de overheid en de instellingen zelf. De problemen op instellingen manifesteren zich in gebrekkige informatievoorziening en begeleiding van studenten die voor de studie naar het buitenland willen. De financieringsmogelijkheden vanuit de overheid zijn onduidelijk en daar is verbetering mogelijk. Tevens zou de overheid samenwerkingsverbanden tussen universiteiten beter moeten stimuleren.
[/cudazi_tab]
[cudazi_tab title=’Aanbevelingen’]
De studiefinanciering zou flexibeler ingezet kunnen worden zodat de student extra kan lenen wanneer het gaat om eenmalige kosten i.v.m. een uitwisseling of buitenlandstage. De overheid moet daarnaast de beschikbaarheid van beurzen transparanter maken en samenwerkingsverbanden met het buitenland stimuleren. De instellingen moeten meer doen aan voorlichting.
[/cudazi_tab]
[/cudazi_tab_group]
[/raw]