Hoewel je nog moet beginnen aan je tweede ronde schoolexamens, ben je waarschijnlijk volop bezig met je keuze voor volgend (college)jaar. “Wil je volgend jaar gaan studeren, dan moet je nu al in actie komen!”, stond in de brief die in oktober naar alle mbo-4, havo-5 en vwo-6 leerlingen is verstuurd.
De invoering van de wet Kwaliteit in Verscheidenheid (KiV) gaat gepaard met veel veranderingen in het aanmeldingsproces. Dit is in de brief uitgelegd. Het invoeren van experimenten voor een bindend studieadvies in het tweede jaar, hoger collegegeld voor honourstracks, de onzekere invoering van een leenstelsel én de mogelijke versobering van de OV-kaart spelen mee voor de aankomende generatie studenten. Het ISO is van mening dat de aankomend student volledig op de hoogte moet zijn van de inhoud van de studie en maatregelen rondom studeren.
Hbo of wo?
Er zijn grote verschillen tussen hbo-opleidingen en wo-opleidingen. Voor een havo-leerling is het niet mogelijk om gelijk aan een wo-opleiding te beginnen, maar een vwo-leerling heeft de keuze tussen hbo en wo. In 2011 is in het hoofdlijnenakkoord opgenomen het hbo aantrekkelijker te maken voor vwo-studenten. Onder andere door het mogelijk maken van een 3 jarig hbo-traject voor vwo-leerlingen en het aanbieden van honoursprograms in het hbo. Voor deze honourstracks mag de instelling vanaf volgend jaar overigens wel meer collegegeld vragen.
Ook is het voor hbo-studenten die in september starten met hun hbo-opleiding niet meer vanzelfsprekend om na één jaar, met een hbo-propedeuse, door te stromen naar het wo. Deze studenten hebben geen automatisch toelatingsrecht en de universiteit mag zelf eisen stellen aan de instroom van deze hbo-studenten.
Aan welke instelling ga je studeren?
Na aanleiding van het rapport Veerman uit 2010 zijn instellingen zich gaan profileren. Dit houdt in dat er steeds grotere verschillen tussen instellingen ontstaan, waarbij iedere instelling een ‘uniek’ profiel heeft. Ook de wijze van onderwijs verschilt tussen instellingen. Onderwijssystematiek zoals probleem gestuurd onderwijs (pgo), dat onder andere aan de Universiteit van Maastricht en Stenden Hogeschool wordt gehanteerd, past bij de ene student beter dan bij de andere.
Welke studie ga ik volgen?
De keuze voor je studie is dé keuze waar het allemaal om draait. De aankomende student moet tal van afwegingen samen laten komen. Kies je voor een studie die je leuk lijkt? Voor een studie aan een instelling dicht bij huis of juist in de stad waar je graag wilt wonen? Of kies je voor een studie met goede baangarantie? Uiteindelijk is het aan iedere scholier om deze keuze zelf te maken. Om deze keuze te kunnen maken zijn tal van informatiebronnen beschikbaar. Via radio en tv worden commercials uitgezonden, instellingen organiseren open dagen en delen informatiepakketten en folders uit.
Het ISO vindt het van belang dat de informatie waarop een scholier zijn of haar keuze maakt volledig is en dat scholieren opleidingen met elkaar kunnen vergelijken. Via Studiekeuze123 bestaat de mogelijkheid om 3.200 opleidingen met elkaar te vergelijken en zo op zoek te gaan naar de studie die bij jou past. Daarnaast hebben 27 hogescholen en één universiteit al een studiebijsluiter. Deze bijsluiter geeft onder andere informatie over contacturen, doorstroom naar het tweede jaar over studenttevredenheid. Vanaf 2014 moeten alle instellingen in het hoger onderwijs een studiebijsluiter hebben.
Aanmelden en toegelaten worden
Door de invoering van KiV heeft iedere aankomende student die zich inschrijft vóór 1 mei recht op een studiekeuzecheck voor maximaal drie opleidingen. De studiekeuzecheck wordt aangeboden door de instelling waaruit een advies voort komt. De check kan verschillende vormen hebben, zoals proefstuderen en/of een studiekeuzegesprek. Een studiekeuzecheck beoogt aspirant-studenten meer zelfinzicht te geven. Daarnaast krijgen zij betere informatie over de opleiding en de factoren die bepalend zijn voor het succesvol doorlopen van de opleiding van hun keuze.
De instelling kan ook bepalen dat de studiekeuzecheck verplicht is. Wanneer de scholier de check niet doet of wanneer de scholier zich aanmeldt na 1 mei, dan is de scholier toelaatbaar maar heeft de scholier geen toelatingsrecht. Zonder toelatingsrecht is het aan de instelling te bepalen of de scholier aan de opleiding mag beginnen of niet.
Klik hier voor FAQ over aanmelden bij een bacheloropleiding.
Op kamers of treinen?
Het is een lastige afweging voor aankomende studenten of ze op kamers gaan of thuis blijven wonen. De keuze wordt voor aankomend studenten zo mogelijk nu nog moeilijker. In sommige steden heerst nog steeds een een groot te kort aan studentenkamers. Ook de prijs van studentenkamers is in sommige steden zeer hoog. Op dit moment is het nog onzeker of en wanneer de basisbeurs voor studenten wordt verlaagd en een leenstelsel wordt ingevoerd. De financiële overweging bij het al dan niet op kamers gaan is dus nog onduidelijk. Daarbovenop komt ook nog dat het onbekend is hoe de OV-kaart er in de toekomst uit gaat zien. De regering heeft een versobering van de kaart aangekondigd, maar meer duidelijkheid is er nog niet.