UTRECHT, 17 december 2018 – Studenten worden onvoldoende betrokken en gehoord bij de besteding van basisbeursgelden, die onder de noemer van de ‘kwaliteitsafspraken’ worden geïnvesteerd in het hoger onderwijs. Dat blijkt uit een inventarisatie van het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) onder alle medezeggenschapsraden op universiteiten en hogescholen.In de kwaliteitsafspraken is opgesteld dat er in de vorm van instemming en betrokkenheid van de medezeggenschap plannen worden gemaakt. Dat is essentieel; dit is immers het geld dat is ingeruild voor hun basisbeurs. ISO-voorzitter Tom van den Brink: ‘’De afspraak was duidelijk. Studenten moeten meepraten over de besteding van het basisbeursgeld, zodat de kwaliteit van hun onderwijs hier maximaal van kan profiteren’’. Uit de inventarisatie blijkt dit, ondanks de positieve signalen, in veel gevallen niet zo te zijn. Van den Brink: ‘’De praktijk is weerbarstiger dan gehoopt. Universiteiten en hogescholen faciliteren het gesprek met de student onvoldoende’’.
Resultaten
Ondanks een aantal goede voorbeelden laat de inventarisatie zien dat het proces om te komen tot de kwaliteitsafspraken en de betrokkenheid van studenten op veel plekken onvoldoende is. Vooral vanuit studenten aan hogescholen blijkt dat zij niet goed op de hoogte zijn van het proces en dat er nog weinig afspraken zijn gemaakt. Ook op universiteiten zijn voorbeelden te zien waarin het bestuur de medezeggenschap omzeilt, of druk uitvoert om in te stemmen met de plannen. Bovenal blijkt dat de afstemming tussen bestuur, de centrale medezeggenschapsraad en de decentrale raden beter moet. Zo worden er in bepaalde gevallen vanuit het centrale bestuur thema’s meegegeven die decentraal alleen nog mogen worden ingevuld, zonder dat deze thema’s vooraf zijn afgestemd met de centrale raad.
Goede facilitering is remedie
Concluderend blijkt dat de universiteiten en hogescholen waar de medezeggenschap goed gefaciliteerd wordt, door hen vroegtijdig in het proces rondom de afspraken te betrekken en door de urenfacilitering goed uit te voeren, er ook betere, breed gedeelde afspraken tot stand komen. Er ligt bij studenten een verantwoordelijkheid om hierin initiatief te nemen, maar instellingen moeten hiertoe wel de mogelijkheid geven. Veel instellingen stellen hierin teleur. ISO-voorzitter Tom van den Brink: ‘’Een succesvolle besteding van het basisbeursgeld komt met goede facilitering door de universiteit of hogeschool. Dat is jammer genoeg nog niet overal goed doorgedrongen.’’
Verbeteringen nodig
De Algemene Rekenkamer heeft tot dusver twee rapporten gepubliceerd waaruit blijkt dat universiteiten en hogescholen in de verslaglegging niet transparant genoeg zijn over de investeringen en dat het betrekken van studenten ondermaats was. In het licht hiervan lijken de huidige ontwikkelingen daarom dan ook niet hoopvol. De middelen die voortvloeien uit het leenstelsel zijn afkomstig uit de portemonnee van studenten, dus zij moeten directe inspraak hebben op de besteding ervan. Ook is afgesproken dat de minister hier toezicht op moet houden. ISO-voorzitter Tom van den Brink: ‘’De komende maanden moet er verbetering komen, anders zal de minister stappen moeten ondernemen’’.