De twee landelijke studentenorganisaties, het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) en de Landelijke Studentenvakbond (LSVb), vrezen voor de kwetsbare positie van internationale studenten in Nederland. Twee dagen voorafgaand aan het Tweede Kamerdebat Internationalisering en Kennisveiligheid trekken ze aan de bel om deze zorgen op de agenda te zetten. Voorzitter van het ISO Lisanne de Roos: “Internationale studenten brengen kennis, ervaring en cultuur mee naar Nederland, maar ze krijgen er heel veel eenzaamheid, een hoge werkdruk en een gebrek aan hulp voor terug. We zien al jaren dat internationale studenten tegen veel problemen aanlopen, maar er wordt te weinig inspanning geleverd om die problemen goed te onderzoeken en daadwerkelijk op te lossen”.
De studentenorganisaties krijgen geregeld internationale studenten op de lijn die door strikte regels, de coronacrisis en eenzaamheid in de knel zijn geraakt. Eén van de problemen is de 56-uurseis; een regel die stelt dat studenten uit de Europese Unie 56 uur per maand moeten werken om aanspraak te kunnen maken op studiefinanciering en het studentenreisproduct. Voorzitter van de LSVb Ama Boahene: “Studenten moeten door de 56-urennorm 14 uur per week werken. Dat is voor veel studenten onhaalbaar naast een voltijd studie. Ze kunnen daardoor én niet lenen én verdienen te weinig om in hun levensonderhoud te voorzien. Zij zouden net als Nederlandse studenten die cruciale financiële ondersteuning moeten krijgen.”
“For me it is nonsense that we come here to study and that if we need to work to cover our expenses, we are forced to work more than what is necessary. It’s very stressful to have obliged extra hours that could be expended in my studies, doing sports or enjoying with friends”. – Fernando Gabriel, student Biosystems engineering at Wageningen University
Maar niet alleen de 56-uurseis ligt internationale studenten zwaar op de maag volgens de studentenorganisaties. Ook eenzaamheid is een groot probleem. Vorige week bleek uit de voorlopige resultaten van een onderzoek van Nuffic dat bijna 70% van de ondervraagde internationale studenten zich in de weken voorafgaand aan het onderzoek in meer of mindere mate eenzaam voelde en in de Monitor Mentale gezondheid en Middelengebruik Studenten hoger onderwijs die eind 2021 verscheen, viel te lezen dat psychische klachten vaker voorkomen bij internationale studenten. Ook bleek uit dat onderzoek dat internationale studenten met een hulpbehoefte een hogere drempel ervaren voor het ontvangen van hulp of advies binnen een instelling dan Nederlandse studenten.
“It was really hard when I first moved here because I had no friends and nobody was really able to teach me the ropes of living here. The introduction days were completely online that year so I couldn’t really meet anyone from my program untill classes had begun”. – Rebekah Lamb, student Cultural Anthropology at Vrije Universiteit
Ondanks dat deze cijfers tot de nodige zorgen leiden, is het monitoren van het welbevinden van deze groep geen overheidsbeleid. De Roos: “We weten dat internationale studenten een kwetsbare groep vormen, en toch wordt er geen actie ondernomen om het welbevinden van deze groep beter op radar te krijgen. Structureel en gericht onderzoek naar onder meer het welbevinden, de huisvesting en sociale integratie van internationale studenten is nodig om écht te weten wat er leeft en speelt”. De studentenorganisaties voeren dat onderzoek op dit moment zelf elk jaar uit middels de Annual International Student Survey, maar stellen dat dat eigenlijk op het bordje van de minister hoort te liggen. Het ISO en de LSVb hopen daarom dat de Tweede Kamer woensdag de minister de opdracht geeft om het jaarlijkse onderzoek naar actuele thema’s die onder internationale studenten spelen over te nemen én roepen de kamer op de 56-uurseis te verlagen naar een 32-uurseis.